Gymnasium

Brugklas

In de vwo-brugklas maak je kennis met de vakken Griekse taal en cultuur (GTC) en Latijnse taal en cultuur (LTC). Bij GTC leer je het Griekse alfabet, de belangrijkste Griekse goden en de mythe over het ontstaan van de wereld. Bij LTC leer je enkele kenmerken van de taal, het verhaal over de stichting van Rome en de belangrijkste plaatsen in de stad Rome. Verder leer je over de geschiedenis van de Grieken en Romeinen en hoe tempels eruitzagen. In een wetenschapsmodule ga je vervolgens zelf een modern gebouw ontwerpen met kenmerken van Griekse/Romeinse tempels.

Na de brugklas

In de tweede en derde klas vergroot je je kennis van de taal en cultuur van de Grieken en Romeinen. Aan het einde van de derde klas kies je of je doorgaat met GTC of LTC. Je hoeft geen Frans of Duits te doen in de bovenbouw, als je gymnasium doet (maar het kan wel, als je dat wilt.)

In de vierde klas rond je de grammatica af. Daarmee heb je de basis van de taal geleerd. Je gaat dan teksten lezen van Griekse en Romeinse schrijvers over verschillende thema’s. Bij elk thema leer je ook meer over de cultuur van de Grieken en Romeinen, bijvoorbeeld over beeldhouwkunst, toneel en filosofie. Je leert ook wat de invloed van deze teksten op mensen in latere tijden is geweest.

Waarom Grieks en Latijn?

De Grieken schreven veel teksten die nog steeds beroemd zijn. Denk aan de verhalen over de Trojaanse oorlog of de held Herakles, maar ook toneelstukken die nog steeds opgevoerd worden en filosofische teksten. Ook van de Romeinen zijn belangrijke teksten overgebleven: de mythologische verhalen van Ovidius of de verhalen over de stichting van Rome, beroemde redevoeringen en de brieven van Plinius over de uitbarsting van de Vesuvius in 79 n.C. Ook op het gebied van taal en cultuur is de invloed van de Grieken en Romeinen nog steeds merkbaar.

Daarnaast leer je enkele vaardigheden, die altijd van pas komen. Je leert om heel precies te kijken naar moeilijke teksten. Daar heb je ook in andere situaties voordeel van, bijvoorbeeld tijdens je studie aan de universiteit. In de praktijk blijkt ook dat gymnasiumleerlingen het op de universiteit gemiddeld beter doen dan atheneumleerlingen.

Bij Grieks en Latijn leer je veel over taal in het algemeen, je breidt je woordenschat uit en leert verbanden leggen. Om de teksten uit de oudheid goed te begrijpen leer je om je te verplaatsen in de situatie van iemand anders. Ook die dingen komen bij iedere studie en elk beroep van pas.